Kerstverhaal
Tijdens de Herderstocht staat het kerstverhaal, zoals beschreven in de Bijbel, centraal. In Lucas 2 staat hierover het volgende:
Jozef en Maria gaan naar Bethlehem
In die tijd werd er een bevel van keizer Augustus bekendgemaakt. Hij wilde alle inwoners van het Romeinse
rijk laten tellen. Het was de eerste keer dat dit gebeurde. Het was in de tijd dat Quirinius de provincie
Syrië bestuurde. Iedereen moest geteld worden in de plaats waar zijn familie vandaan kwam. Daarom gingen
alle mensen op reis.
Ook Jozef moest op reis. Hij ging van Nazaret in Galilea naar Bethlehem in Judea. Want hij kwam uit de
familie vanDavid, en David kwam uit Bethlehem. Jozef ging samen met Maria naar Bethlehem. Maria zou met Jozef
gaan trouwen, en ze was zwanger.
Jezus wordt geboren
Toen Jozef en Maria in Bethlehem waren, werd het kind geboren. Het was Maria’s eerste kind, een jongen. Maria wikkelde hem in een doek, en legde hem in een voerbak voor de dieren. Want er was voor hen nergens plaats om te slapen.
Herders horen het goede nieuws
Die nacht waren er herders in de buurt van Bethlehem. Ze pasten buiten op hun schapen.
Opeens stond er een engel tussen de herders, en het licht van God straalde om hen heen. De herders werden
bang. Maar de engel zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn, want ik breng jullie goed nieuws. Het hele volk
zal daar blij mee zijn. Vandaag is jullie redder geboren: Christus, de Heer. Hij is geboren in Bethlehem, de
stad van David. En zo kunnen jullie hem herkennen: het kind ligt in een voerbak en is in een doek
gewikkeld.’
En plotseling was er bij de engel een hele groep engelen. Ze eerden God en zeiden: ‘Alle eer aan God in de
hemel. En vrede op aarde voor de mensen van wie God houdt.’
De herders gaan naar Bethlehem
Daarna gingen de engelen terug naar de hemel. De herders zeiden tegen elkaar: ‘Kom, we gaan naar Bethlehem.
Want God heeft ons verteld wat er gebeurd is. Laten we gaan kijken.’
Ze gingen meteen naar Bethlehem. Daar vonden ze Maria en Jozef, en in een voerbak lag het kind. Toen de
herdershet kind zagen, vertelden ze wat de engel over hem gezegd had. Iedereen die het hoorde, was verbaasd
over het verhaal van de herders. Maria probeerde te begrijpen wat het betekende. Ze bleef nadenken over wat
de herdersgezegd hadden. De herders gingen terug naar hun schapen. Ze eerden God en dankten hem voor alles
wat ze gezien en gehoord hadden. Want alles was precies zoals de engel gezegd had.
In Matteüs 2 staat vervolgens het volgende over de wijzen uit het Oosten:
De wijzen uit het Oosten
Toen Jezus geboren was, in Bethlehem in Judea, onder de regering van koning Herodes, kwamen er wijzen uit het
Oosten in Jeruzalem aan. Zij vroegen: ‘Waar kunnen wij de pasgeboren koning van de Joden vinden? Want wij
hebben zijn ster zien opgaan en zijn gekomen om hem te aanbidden.’ Toen koning Herodes hiervan hoorde,
schrok hij zeer, en met hem heel Jeruzalem. Hij riep alle opperpriesters en schriftgeleerden van het volk
bijeen en wilde van hen weten waar de Christus geboren zou worden. ‘In Bethlehem in Judea,’ antwoordden ze,
‘want de profeet heeft geschreven:
En u, Bethlehem in het land van Juda, u bent zeker niet de minste onder de groten van Juda, want een groot
man zult u voortbrengen, de herder van mijn volk Israël.’
Vervolgens riep Herodes de wijzen in stilte bij zich en vroeg hun nauwkeurig naar de tijd waarop de ster verschenen was. Daarop zei hij hun naar Bethlehem te gaan, en daar een zorgvuldig onderzoek in te stellen naar het kind. ‘En,’ zei hij, ‘kom het me vertellen als u het kind gevonden hebt, want ik wil hem ook gaan aanbidden.’ Na dit onderhoud met de koning gingen ze op weg. En nu ging de ster die ze hadden zien opgaan, voor hen uit tot boven de plek waar het kind was; daar bleef zij staan. Toen ze dat zagen, waren ze bijzonder verheugd. Ze gingen het huis binnen en zagen het kind met zijn moeder Maria. En ze wierpen zich voor hem in aanbidding neer. Ze openden hun kistjes met geschenken en boden hem goud, wierook en mirre aan. En in een droom kregen ze de waarschuwing niet meer naar Herodes te gaan. Daarom keerden ze langs een andere weg naar hun land terug.